Je krijgt inzicht in de nieuwe zonevorming van de brandweer. Je weet wat de aanwezige brandweerdiensten van jouw verwachten als interventie agent. Je weet welke risico’s je kan lopen tijdens tussenkomsten met gevaarlijke stoffen, rook, brand. Je weet welke voorzorgsmaatregelen je moet nemen in deze gevallen. Je kent je veiligheidsgrenzen binnen de eerste en dringende vaststelling.
Inhoud
Brandweer: de nieuwe zonevorming.
Wederzijdse verwachtingen op de plaats van een interventie.
Brand:
- Soorten branden (geventileerde en onder geventileerde branden) – Taak van de politie ter plaatse.
- Rook en zijn gevaren.
- Gevaarlijke brandfenomenen (backdraft, flash over, …).
- Verkeersongevallen (type incidenten voor de brandweer en inzetprocedure).
- Chemische incidenten:
- Perimeters.
- Rol van de brandweer – Rol van de politie.
- Gevaren.
- Praktijkvoorbeelden.
- Drugslabo’s (gevaarlijke stoffen, risico’s, …).
- Gas:
- Interventies bij gasincidenten – Taak van de politie ter plaatse.
- Demo van een gasexplosie.
Doelgroep
Je bent agent, inspecteur, hoofdinspecteur, officier van politie.
Deelnamevoorwaarden
Toelating van de korpschef, directeur of zijn gemandateerde.
Lesmethode en werkvormen
Docenten passen de regels van de volwassenopleiding toe.
Doceren, onderwijsleergesprek, klassengesprek, casusbespreking met veel ruimte tot vraagstelling en interactie.
Beoordelingswijze
Evaluatie van de activiteitsgraad tijdens de opleiding.